De koude temperaturen en kortende dagen doen de groei van het koolzaad verder vertragen. Het is nu wachten tot het voorjaar om terug een merkbare groei te krijgen. Dit is daardoor het laatste koolzaadbericht van 2024.
Ondertussen bedekken de koolzaadbladeren bijna volledig (80-90%) de grond, zoals op de foto hierboven (links) te zien is. In het geval van het perceelsgedeelte met onderzaai, op de rechtse foto, is de grond volledig bedekt. Het uitblijven van strenge vorst heeft de vorstgevoelige soorten van de onderzaai (fenegriek, linzen en klaver) tot nu toe goed laten gedijen. De bedekking is belangrijk om duiven af te weren. Bij voldoende bedekking durven vogels niet te landen, en vreten ze daarna niet van de bladeren.
Het najaar is mild geweest wat de druk van belagers betreft: slakken, insecten, aardvlooien en vogels hebben nat, bij momenten guur weer achter de kiezen. Hun ontwikkeling, verspreiding en vraatzucht is daardoor beperkt gebleven. Echter, als de neerslag – eind november werd het jaarlijks neerslagrecord al gebroken – iets heeft bevorderd, dan zijn het wel ziekten. De ziektedruk op het perceel is vooral rasafhankelijk, zoals in het vorige bericht uitvoerig is besproken.
De foto’s hierboven zijn genomen op een bemestingsproef in koolzaad die momenteel aanligt, aangelegd in samenwerking tussen Praktijkpunt Landbouw en de Bodemkundige Dienst van België.
In de proef zijn een aantal factoren opgenomen:
- Onderzaai (met vlinderbloemigen): verschillende mengsels voor onderzaai van koolzaad zijn commercieel beschikbaar. Ze bevatten naast vlinderbloemigen vaak ook een vroeg bloeiend koolzaadras, om de glans- en snuitkevers mee aan te trekken. De vlinderbloemigen hebben het potentieel om in het najaar al een deel van de stikstof biologisch te fixeren en bedekken bovendien de bodem in het najaar, wat de schade door duiven zou kunnen beperken.
- Bemestingshoeveelheid: door de opbrengst van verschillende bemestingshoeveelheden te vergelijken kan het financiële rendement ingeschat worden.
- Potentieel najaarsbemesting: proeven uit andere landen wijzen op het potentieel van een kleine dosis N in het najaar om de opbrengst te verhogen en/of de toe te dienen hoeveelheid in het voorjaar te kunnen verlagen. Belangrijk: bemesten in het najaar is momenteel niet toegestaan in Vlaanderen binnen de huidige regelgeving. We trachten louter het effect onder Vlaamse omstandigheden te kwantificeren.
Uit proeven van CePiCOP in Gembloux blijkt de opbrengst maximaal bij een stikstofgift tussen de 150 en 200 kg N/ha (proef met bemestingstrappen van 50 kg N/ha). In die proef, waarin tot 300 kg N/ha werd gegeven ter demonstratie, bleek dat meer geven dan 150-200 kg niet rendeert. Rond de behoeften aan stikstof doen uiteenlopende adviezen de ronde. Gemiddeld wordt rond de 170 kg N/ha, verdeeld over twee fracties, aangeraden om een landbouwkundig optimaal rendement te halen. De eerste fractie wordt gegevens bij het oprichten eind de winter, en een tweede fractie bij het verschijnen van de bloemknoppen in de lente. De maximale N-gift is echter afhankelijk van de voorschriften voor het gebiedstype van je perceel. Koolzaad valt onder de “andere teelten”, zie tabel hieronder.
De resultaten van de proef worden in het najaar van 2025 beschikbaar gesteld.
Volgend voorjaar hernemen de koolzaadberichten met de toestand waarin het koolzaad de winter is uitgekomen, en de monitoring door Praktijkpunt van de kevers en een bijhorend behandelingsadvies.
Voor meer info of vragen over koolzaad kan je terecht bij: